De IBR-natuur gaat uit van de gedachte dat een ongeschonden natuur maximaal bijdraagt aan de groenbeleving, duurzaamheid en biodiversiteit. De IBR-methode is de manier om vanuit een aangelegde situatie die bijdrage te leveren door maximale kansen te creëren voor spontane natuurontwikkeling onder minimale zichtbare menselijke beïnvloeding.
IBR staat voor Integrale Beplantingsmethode Ruyten (Ruyten, 2006)
Kenmerken bij de aanleg- en onderhoudsfase voor IBR-natuur:
- De aanleg is samengesteld uit bomen- en struikensoorten, die in de directe omgeving in vitale toestand voorkomen onder vergelijkbare groeiomstandigheden en waarvan de groeiprestaties zijn opgemeten. Van de pioniersvegetaties zijn de patronen (leeftijd, omvang, groeisnelheid) van vrijstands- of concurrentievormen bekend. De kruiden-soorten ontwikkelen zich in relatie tot de bodemkundige eigenschappen spontaan of wordt ingezaaid of bestaan uit vaste planten al naar gelang de landschappelijke en stedenbouwkundige omgeving.
- Invloeden van de mens op de natuurontwikkeling bestaat tijdens de aanlegfase uit het handhaven of het terugbrengen van de oorspronkelijke waterstand, het ruimtelijk ontwerp in relatie tot de aanvangs-grootte van bomen en struiken, het ontwerpen van de infra- en waterstructuur. Tijdens de onderhoudsfase kan het werk bestaan uit het begaanbaar houden van de paden voor recreatief gebruik, het selectief verwijderen van alleen de boom- en struikzaailingen of bepaalde kruiden om ecologische motieven. Zowel het afstemmen van de begrazingsdruk als het selectief maaien staan in relatie tot de gewenste openheid.
- Kenmerken bij omvorming van bestaande productiebossen naar IBR-natuur:
- Het ontwerpen van nieuwe open ruimten en doorzichten in voorkomende gevallen,
- Het uitvoeren van een éénmalige selectieve houtkap waarna de menselijke ingrepen onzichtbaar zijn gemaakt,
- Het herwaarderen van de infrastructuur,
- Het (her)ontwikkelen van bestaande bosranden of van nieuw ontstane bosranden als gevolg van nieuwe open ruimten,
- Het verdere verloop volgens bovengenoemde kenmerken onder A.
- Regels en procedures bij IBR-natuur:
- Nauwkeurige inventarisatie naar gerealiseerde groeiprestaties en naar patronen van pioniersvegetaties in de directie omgeving van het plangebied: plantensoort, afmeting, leeftijd, plantafstand, vitaliteit, groeicurven, -voorspelling,
- Studies naar o.a. de bodem (waterstanden), bodemhistorie- en ontwikkeling, PNV, Fysisch Geografische Regio’s, pH,
- Het ontwerp zo mogelijk ondersteunen met een beplantingsfilm, die de groeiontwikkeling simuleert vanaf de aanleg tot de volwassen afmetingen.
- Routing door het gebied, entrees, stedenbouwkundige of landschappelijke kenmerken,
- Bijbehorend een ontwerp van een beplantingsplan, beplantingslijst, plan van aanpak ,
- Uitvoering (groeigarantie voor de grotere bomen en struiken conform gebruik van de groeicurve/ groeivoorspelling bij IBR-aanbesteding),
- Beheer (selectief maaien, begrazing, beheer paden, monitoring),
- Het monitoren van de natuurontwikkeling vanaf aanlegfase.
- Terugkoppeling gerealiseerde beplantingen met de ontwerpvisie.
Heelsum, 21 augustus 2019